OVER DE STUDIE

Hersenhelften en hun taakverdeling
Onze hersenen bestaan uit een rechter en een linker hersenhelft of hemisfeer. Onderzoek toont het bestaan van een taakverdeling waarbij beide hersenhelften zich in verschillende cognitieve functies specialiseren. Hoe deze functionele taakverdeling tot stand komt is onbekend, maar bij de meeste mensen is het resultaat ervan vergelijkbaar. Zo staat de linkerhemisfeer meestal in voor functies als taal, rekenen, en aangeleerde bewegingen en is de rechterhersenhelft vooral betrokken bij ruimtelijke aandacht en de herkenning van aangezichten.

Neurodiversiteit
Toch is niet ieders brein op die typische manier georganiseerd. Zo blijken linkshandige mensen vaker een atypische taakverdeling te hebben. Eerder onderzoek van ons team doet vermoeden dat in zo’n 10% van linkshandigen de hersenorganisatie zelfs volledig gespiegeld is (en alle functies dus in een ‘verkeerde’ hersenhelft zitten). Daarnaast vonden we in links- én rechtshandigen kleinere atypische variaties in hersenorganisatie die vaker lijken voor te komen dan gedacht. Helaas bestaat er weinig onderzoek dat verschillende functies binnen één en hetzelfde individu meet en zich op die manier een beeld kan vormen van de neurodiversiteit in hersenorganisatie.

Doel van het onderzoek
Om de frequentie en variatie van typische en atypische hersenorganisatie in kaart te brengen werd dit onderzoek opgezet. In een representatieve steekproef van 200 mensen uit de algemene bevolking, waarvan 100 rechtshandigen en 100 linkshandigen, zullen we van vier cognitieve functies (twee typisch rechtshemisferische en twee typisch linkshemisferische) de dominante hersenhelft bepalen door middel van functionele MR-beeldvorming. De vrijwilligers zullen ook enkele eenvoudige cognitieve taken uitvoeren. Op die manier willen we een juistere inschatting maken van de neurodiversiteit inzake hersenorganisatie in de menselijke populatie en kunnen we verbanden met demografische en cognitieve verschillen evalueren.

Meerwaarde van het onderzoek
Door een beter zicht te krijgen op de frequentie en aard van de neurodiversiteit in hemisferische organisatie kunnen theoretische modellen over het mechanisme van functionele lateralisatie worden getoetst. Dit kan leiden tot nieuwe modellen of aanpassingen aan bestaande modellen. Mogelijke relaties tussen demografische of cognitieve metingen en hersenorganisatie kunnen informatie bieden over het belang (of juist niet) van een ‘standaard’ hersenorganisatie. Tenslotte zal meer kennis inzake neurodiversiteit bijdragen tot een betere en meer geïndividualiseerde behandeling van patiënten met een hersenaandoening.

Geïnteresseerd in deelname? Vul dan de vragenlijst in of stuur ons een e-mail en wij nemen contact met u op met meer informatie.